Natuurlijk is er amper een vergelijking mogelijk tussen de rellen in Beringen en de aanslagen in Nice en Duitsland – we zwijgen dan nog over de nog veel moorddadiger zelfmoordaanslag in Kaboel, met tachtig doden en tweehonderddertig gewonden. Toch hebben de tv-beelden van elkaar onderling bekampende Turken de publieke opinie in Vlaanderen haast net zo geschokt als de gruwelijke taferelen uit onze buurlanden.

Beringse Turken die Erdogan steunen belegerden het lokaal van Beringse landgenoten van de Gülenbeweging. Er werd materiële schade aangericht en het waterkanon moest in actie komen om vier- tot vijfhonderd amokmakers uiteen te drijven. Dat zijn beelden die om de zoveel jaar in Leuven en in Gent te schieten zijn, als VB-jongeren en NSV-studenten betogen en onveranderlijk clashen met linkse manifestanten. Maar van ‘Turken’ aanvaarden we dat eigenlijk niet.

Zeker, er werden akelige dingen geroepen aan het adres van de Gülenisten. De Turkse woordvoerders praatten vooral het discours na dat ze de hele dag op televisie hadden horen uitdragen door de door hen bewonderde president Erdogan. ‘We gaan door met het verwijderen van dit virus’, had die ter attentie van de Gülenbeweging gezegd. Toen de Congolese minister Abdoulaye Yerodia in 1998 Tutsi’s vergeleek met ‘insecten die moesten worden uitgeroeid’, werd dat veroordeeld als aanzetten tot haat, en erger. Ook in Turkije waren de woorden van de president de prelude van hard optreden door de ordediensten. Volgens Amnesty International worden politieke tegenstrevers mishandeld en gefolterd.

President Erdogan komt met die politiek en dat taaltje weg. Dat geldt natuurlijk niet voor zijn aanhangers in België – zijn landgenoten, maar ook de onze.

Of toch niet? Er voltrekt zich in sneltempo een scheiding van de geesten. Tot voor kort gold de Turkse gemeenschap toch als een geslaagd voorbeeld van integratie. Bart De Wever zorgde voor een rel omdat hij ‘de Berbers’ een niet-geïntegreerde probleemgroep noemde. Marokkaanse woordvoerders maakten daarop zelf de vergelijking met de Turken. Dat de Turken een uitstekend netwerk van scholen, media en culturele organisaties hebben, maakt dat ze collectief sterker staan.

Maar hun collectieve sterkte is ook hun zwakte. Tot voor de rellen in Beringen sprak iedereen van Turkse Belgen, vandaag lijkt het alsof het nog altijd Belgische Turken zijn: ze wonen en werken hier, maar ze zwaaien met een Turkse vlag en lijken meer gehecht aan het Turkse staatshoofd dan aan de Belgische staatsinstelling. De Turkse ambassade spant zich in om dat zo te houden. Achteraf gezien is het misschien geen toeval dat meer Belgische Marokkanen dan Turkse landgenoten hun weg vinden naar de nationale sportploegen. Dopingzondaar Mohammed Mourhit deed dat al in de jaren negentig in de atletiek, vandaag spelen Marouane Fellaini of Nacer Chadli bij de Rode Duivels.

Omgekeerd is de irritatie van de Belgische publieke opinie over Turkije uitzonderlijk snel gegroeid. Dat geen enkel ‘Turks’ kamerlid aanwezig was toen premier Michel in het parlement verklaarde dat ‘de tragische gebeurtenissen die tussen 1915 en 1917 plaatsvonden in het Ottomaanse Rijk, moeten worden bestempeld als een genocide’, werd gezien als onaanvaardbaar gedrag. Turkse Belgen zijn stilaan weer hele Turken aan het worden. Kleine, sterke mannen met snorren. Nu al te duchten, straks mogelijk te mijden.

Empathie met de Turkse landgenoten is er nog amper bij. Toch zou men ook in dit land moeten weten dat het niet evident is om zomaar schuld te bekennen voor medeplichtigheid bij een genocide. Vraag maar eens om een officieel statement in het Vlaams of in het Waals Parlement over de betrokkenheid van de Vlaamse of de Waalse Oostfronters en de top van de collaboratiepartijen bij de uitroeiing van de Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Zeker de Vlaamse beweging zou moeten weten dat het geen zier helpt om nationale sentimenten op te leggen. Als je autochtone Vlamingen onmogelijk bij wet kan verplichten om zich Belg te voelen, zal dat ook niet lukken met de Turkse Vlamingen. Het leert ons vooral dat de Vlaamse natievorming net zo complex zal worden als de Belgische dat ooit is geweest.

WALTER PAULI is redacteur van Knack.

Misschien is het geen toeval dat meer Belgische Marokkanen dan Turkse landgenoten hun weg vinden naar de nationale sportploegen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content