Boeken en borsten: wat Playboy heeft betekend voor de literatuur – en omgekeerd

© Dino
Pieter Vermeulen
Pieter Vermeulen Professor Engelse en Amerikaanse literatuur (KU Leuven)

Bij het overlijden van Hugh Hefner schetst professor Amerikaanse literatuur Pieter Vermeulen de relatie tussen Playboy en het betere boek. ‘Niemand leest Penthouse voor de interviews, Playboy wel.’

Mannen die zeggen dat ze Playboy lezen voor de interviews, doen dat soms ook om niet te moeten toegeven dat ze het eigenlijk doen voor de literatuur. Net zoals Playboy literatuur nodig had om meer te worden dan een blootblad, had de Amerikaanse literatuur Playboy nodig om niet terminaal onsexy te worden.

Al in de eerste jaargang in 1954 publiceert het tijdschrift Ray Bradbury’s science fiction-klassieker Fahrenheit 451. Fahrenheit 451 speelt in een samenleving waar boeken worden verbrand, en waar een groep mannen, en enkel mannen, zich terugtrekt om boeken te memoriseren in afwachting van een betere wereld.

De thema’s van censuur en verstikkende sociale conventies komen Playboy goed uit: zo kan het een imago van een gewaagd en onconventioneel medium cultiveren. En de fantasie van een groepje mannen dat zich terugtrekt uit ellendige voorsteden en ongelukkige huwelijken helpt ook.

Ian Fleming, de auteur van de Bond-verhalen, publiceerde twee keer in u003cemu003ePlayboyu003c/emu003e, en inspireerde mee de fantasie van mannelijkheid die het tijdschrift uitdroeg.

Even belangrijk is dat Fahrenheit 451 geen bijzonder sexy boek is. Literatuur was voor Playboy nooit een bron van seksuele stimulatie, maar wel deel van een gesofisticeerde en een wereldwijze attitude.

De centerfolds en de hoogstaande, vaak zelfs erg experimentele, literatuur waren complementair, en gaven samen vorm aan de ideale Playboy-lezer: een man uit de blanke middenklasse met genoeg kennis en smaak om te weten wat er te koop was in het Amerikaanse consumptieparadijs. Smaak en literaire verfijning waren deel van de toolbox van de moderne playboy. Daarom kregen ook moeilijke auteurs als Vladimir Nabokov of James Baldwin een forum.

Alfa-mannetjes

Het ambitieuze literaire profiel van Playboy was in de beginjaren de verantwoordelijkheid van de ambitieuze publicist Auguste Comte Spectorsky–een naam als een James Bond-slechterik. En de link met Bond is sterker dan dat. Het bondiaanse universum van gesofisticeerde en stijlvolle mannen die zich bedienen van dure gadgets en gewillige vrouwen is precies de fantasie die Playboy zijn doelgroep voorhield. Ian Fleming, de auteur van de Bond-verhalen, publiceerde twee keer in Playboy, en inspireerde mee de fantasie van mannelijkheid die het tijdschrift uitdroeg.

u003cemu003ePlayboy u003c/emu003e was lang een van de weinige mainstream-publicaties die science fiction ernstig nam

In de beginjaren van het blad werd dat mannelijke ideaal nog meer belichaamd door Ernest Hemingway. Hugh Hefner probeerde Hemingway op alle mogelijke manieren met Playboy te associëren–door de publicatie van een biografie in verschillende afleveringen, door (wellicht gefingeerde) interviews, en door artikels waarin Hemingway doorleefd advies gaf aan de moderne man. Hemingway, die zich door vier huwelijken en een waslijst minnaressen worstelde, was een icoon van de heroïsche, onsentimentele, en hyperviriele mannelijkheid die Hefner ook voorstond.

De obsessie met Hemingway toont dat Hefner Playboy vooral zag als een middel voor de productie van alfa-mannetjes. Dat verklaart ook de lange bromance tussen Playboy en Norman Mailer. Mailer wordt nu nog bitter weinig gelezen, maar was in de naoorlogs periode alomtegenwoordig–als auteur, als journalist, als publiek intellectueel, als politiek activist.

Als auteur van boeken over de anti-Vietnamprotesten, Marilyn Monroe en de maanlanding combineerde Mailer literaire finesse met het soort wereldwijsheid waarop de naoorlogse playboy zich liet voorstaan. Het hielp dat de biografie van Mailer bestaat uit een traject van uitgewoonde huwelijken en een sliert bijna terloops verwerkte kinderen.

Vrouwenbewegingen

In 1962, in een Playboy-panel over The Womanization of America, bekloeg Mailer zich dat Amerikaanse vrouwen ‘more selfish, more greedy, less romantic, less warm, more lusty, and more filled with hate’ geworden waren, en dat dat mede de schuld was van overgevoelige mannen.

u003cemu003ePlayboy u003c/emu003egebruikte literatuur en borsten om het ideaal van een stijlvol, hedonistisch, en stoer soort mannelijkheid te promoten. Het goede nieuws is dat dit soort genderrollen ook kan veranderen.

Playboy had geen enkel motief om dit soort misogyn vitriool te weren: een grote oplage was minder belangrijk dan een welomschreven doelgroep met voorspelbare voorkeuren en uitgavepatronen, want dat kon veel makkelijker aan adverteerders gesleten worden.

Toen Susan Orr Braudy in 1970 een redelijk objectief stuk aanleverde over de opkomende vrouwenbewegingen, besliste Hefner het te vervangen door een stuk dat die bewegingen ridiculiseerde. ‘These chicks,’ schreef hij in een beruchte memo, ‘are our natural enemy.’

Natuurlijk heeft Playboy ook vrouwelijke auteurs gepubliceerd–Margaret Atwood en Doris Lessing zijn bekende voorbeelden. Toen de science fiction-schrijfster Ursula K. Le Guin in Playboy publiceerde – Playboy was lang een van de weinige mainstream-publicaties die science fiction ernstig nam – werd ze vriendelijk verzocht haar geslacht achter haar initialen te verstoppen, om de mannelijke lezers niet af te schrikken. Het verhaal verscheen met als auteur U.K. Le Guin.

Gevraagd naar een korte biografische noot, stelde Le Guin voor: ‘It is commonly suspected that the writings of U. K. Le Guin are not actually written by U. K. Le Guin, but by another person of the same name.’ Playboy zag er de lol wel van in, en drukte het zo af.

Wereldauteurs

Er is natuurlijk ook een prozaïsche reden waarom Playboy erin slaagde de beste auteurs ter wereld te strikken: het tijdschrift betaalde uitzonderlijke genereuze gages, en veel auteurs bereikten via Playboy een veel groter (en veel mannelijker) publiek dan met hun romans.

Ambitieuze wereldauteurs weten dat ze, om internationaal door te breken, eerst langs de Amerikaanse markt moeten passeren, en u003cemu003ePlayboy u003c/emu003eweet dat het een kosmopolitisch cachet moet cultiveren om geen u003cemu003ePenthouse u003c/emu003ete worden.

Playboy heeft er zo bijvoorbeeld mee voor gezorgd dat auteurs als de latere Nobelprijswinnaar Gabriel Garcia Márquez of de Japanse Nobelprijsfavoriet Haruki Murakami, die al in 1992 in Playboy verscheen, gevestigde waardes werden in de Amerikaanse literaire wereld.

Ook hier zijn er alleen maar winnaars: ambitieuze wereldauteurs weten dat ze, om internationaal door te breken, eerst langs de Amerikaanse markt moeten passeren, en Playboy weet dat het een kosmopolitisch cachet moet cultiveren om geen Penthouse te worden. Niemand doet ooit alsof hij Penthouse leest voor de interviews.

Playboy gebruikte literatuur en borsten om het ideaal van een stijlvol, hedonistisch, en stoer soort mannelijkheid te promoten. Het goede nieuws is dat dit soort angstvallig geconstrueerde en bewaakte genderrollen ook kan veranderen.

In maart 2016 besliste Playboy om zijn centerfolds niet meer frontaal naakt af te beelden en geen Photoshop meer te gebruiken. Door een soort poëtische rechtvaardigheid was het eerste niet-naakte centerfold model en actrice Dree Hemingway, de achterkleindochter van Ernest Hemingway. Als dit al niet de deur opent naar een minder toxische soort mannelijkheid, zet het toch de bedenkelijke rol van literatuur in het promoten ervan op losse schroeven.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content