Littekens van brandwonden verbeteren zonder te snijden

© iStock
An Swerts Journaliste BodyTalk magazine

Littekens van brandwonden versoepelen, verbleken, afvlakken en qua textuur mooier maken: het kan met een alsmaar groeiend aanbod van niet-chirurgische technieken.

Brandwonden laten niet altijd een ontsierend litteken achter. ‘Maar dat risico is wel groter in bepaalde omstandigheden’, zegt Peter Moortgat. Hij is coördinator van de kinesitherapeuten van Oscare, het Antwerpse nazorg- en onderzoekscentrum voor brandwonden(littekens), en van de Scar Academy, de multidisciplinaire opleiding littekentherapie van Oscare in samenwerking met de Universiteit Antwerpen.

Het komt er op aan voor elk litteken uit te zoeken welke techniek of combinatie van technieken de grootste verbetering geeft

Peter Moortgat, littekentherapeut

‘Je mag bijvoorbeeld een problematisch litteken verwachten als de brandwonde langer dan zo’n 3 weken nodig heeft om zich te sluiten. Nog een onheilsvoorspeller: als de gesloten wonde nog voortdurend onder mechanische spanning staat, zoals wanneer ze zich ter hoogte van gewrichten bevindt. De mechanische spanning wordt door de huid geïnterpreteerd als was de wonde zich nog aan het dichttrekken. Als reactie worden voortdurend nieuwe huid-cellen aangemaakt, en dus ook nieuwe collageenvezels die stevigheid aan de huid verlenen. Door de overproductie van collageenvezels, die overigens ook niet meteen optimaal worden geschikt, verliest de huid aan soepelheid. De huid gaat ook roder, dikker en mogelijk zelfs hobbelig ogen. En ze kan gaan jeuken, ’trekken’ en hinderen bij bewegingen.’

Littekenmassage

Het komt er dus op aan eventuele spanning op de helende huid of littekenhuid zoveel mogelijk weg te nemen. Klassiek gebeurt dat met elastische drukkledij of (voor het gezicht) een drukmasker, al dan niet in combinatie met siliconeproducten in de vorm van gelverbanden of als opvulling van concave holtes van drukkledij. Door de uitgeoefende druk en de verweking van de huid onder invloed van de silicone zakt de spanning op de huid. Deze druk- en siliconetherapie behoort net zoals een goede huidhydratatietherapie tot de standaardnazorg van brandwonden en eventuele littekens.

Daarnaast maken nog andere niet-invasieve technieken opgang in de nazorg. ‘Zoals littekenmassage, uitgevoerd door gespecialiseerde kinesisten’, vertelt Moortgat. ‘Daarbij wordt manueel of met behulp van een vacuümtoestel een huidplooi gecreëerd, waarna de huidplooi volgens geijkte technieken wordt gemanipuleerd. Bij gebruik van een vacuümtoestel spreken we van vacuotherapie, depressomassage of endermologie.’

De techniek komt overwaaien uit de esthetische wereld, waar hij wordt ingezet voor de behandeling van cellulitis. ‘We behalen er mooie resultaten mee, maar willen nog verder wetenschappelijk onderzoeken hoe doeltreffend hij precies is’, vertelt Moortgat.

Schokgolven

‘Over de shockwave-therapie, een andere vernieuwende niet-invasieve techniek, kunnen we al meer gefundeerd uitspraken doen’, gaat Moortgat voort. ‘In samenwerking met de Universiteit Antwerpen voeren we wetenschappelijk onderzoek naar de meerwaarde van deze techniek als aanvulling op de standaardnazorg van brandwondenlittekens.’ Ook de International Society for Burn Injuries (ISBI) kijkt met veel interesse uit naar de resultaten van de studie. Dat blijkt uit het feit dat onderzoekster Jill Meirte voor de studie de Rehabilitation Specialist Award kreeg op het ISBI-congres van afgelopen zomer.

‘De voorlopige resultaten zijn in elk geval veelbelovend’, zegt Moortgat. ‘We stellen vast dat de littekenhuid van patiënten die behalve de standaardnazorg ook shockwave-therapie krijgen doorgaans beduidend sneller versoepelt. En dan vooral als de shockwave-therapie al in de eerste 3 maanden na de wondsluiting wordt opgestart.’

De shockwave-therapie, waarbij hoogenergetische elektrohydraulische schokgolven worden uitgestuurd, is op zich geen nieuwe therapie. Ze werd aanvankelijk alleen ingezet voor het vergruizen van nierstenen, maar wordt inmiddels ook al jaren met succes aangewend bij chronische peesletsels.

Uiteraard zijn de schokgolven van niersteenverbrijzelaars van een veel hogere intensiteit dan de schokgolven die gegenereerd worden door de toestellen voor de behandeling van peesletsels en brandwondenlittekens. ‘Met een behandelkop die 4 tot 6 schokgolven per minuut uitstuurt, glijden we over de littekenhuid’, legt Moortgat uit. ‘De schokgolven reiken tot zo’n 3 à 4 millimeter in het littekenweefsel en sturen er de collageenproductie in de huidcellen bij. Er wordt bijgevolg minder collageen aangemaakt en de collageenvezels gaan zich beter schikken, waardoor de huid versoepelt. Door de afgenomen spanning op de huid oogt de huid ook minder rood en dik. En een huid die soepeler is, jeukt ook minder snel en hindert je minder bij bewegingen.”

De schokgolven zijn niet of amper voelbaar. Vandaar dat het mogelijk is het effect ervan dubbelblind, placebo-gecontroleerd te peilen: de patiënt noch de onderzoeker weet of de patiënt al dan niet schokgolven krijgt toegediend. Voor de placebogroep wordt eenvoudig een behandelkop voorzien die geen schok- golven doorlaat.

Gecontroleerd beschadigen

Wil je ook het reliëf of de textuur van het litteken beïnvloeden, dan moet je voor ingrijpender technieken gaan, wat nog altijd niet betekent dat je onder het mes moet.

Wil je ook het reliëf of de textuur van het litteken beïnvloeden, dan moet je voor ingrijpender technieken gaan, wat nog altijd niet betekent dat je onder het mes moet. Tot deze semi-invasieve technieken behoren onder meer microneedling en lasertherapie, waarbij op een gecontroleerde manier minitrauma’s in de huid worden veroorzaakt. ‘Bij microneedling worden naaldjes, bevestigd op een roller of stempel, in de huid gedrukt’, legt Moortgat uit. ‘Maar ook fractionele CO2-lasers worden ingezet om minuscule cilindertjes huid te vernietigen. Het infrarood licht van de ultrasmalle laserstraaltjes wordt in de huid geabsorbeerd door het aanwezige water en omgezet in warmte.’

Met beide technieken worden dus cilindertjes littekenweefsel gecontroleerd vernietigd. ‘Het resterende littekencollageen krijgt daardoor wat meer ruimte om zich beter te schikken’, zegt Moortgat. ‘Daarbij komt nog dat de gecreëerde miniwondjes zo klein zijn dat ze snel sluiten en bijgevolg op een normale manier helen. Waar littekencollageen werd weggehaald, komt goed collageen in de plaats.’

Deze zogenaamde resurfacing-techniek wordt overigens ook met succes gebruikt om verouderde huid te verstevigen. Maar er is deze beperking: de naaldjes en de laserstraaltjes gaan maar respectievelijk 2,5 en 4 millimeter diep in de huid. ‘Reikt het littekenweefsel dieper, dan proberen we de huid vooraf wat dunner te maken met corticosteroïden-injecties’, vertelt Moortgat. Het huidverdunnende effect van corticosteroïden – bij andere behandelingen een vervelende bijwerking – werkt hier weldoend. Maar er is een keerzijde: ‘Als te diep wordt gespoten of corticosteroïden vanop de injectieplaats naar dieper gelegen huidlagen lekken, dan kan wat onderhuids vetweefsel worden afgebroken. En dat kan leiden tot ontsierende kleine putjes in de huid.’

‘Het komt er in elk geval op aan voor elk litteken weer uit te zoeken welke techniek of combinatie van technieken de grootste verbetering geeft’, besluit Moortgat. ‘En uiteraard focussen we vooral op die aspecten van het litteken die voor de persoon zelf het meest storend zijn.’

www.scaracademy.be

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content