Dirk Draulans

‘De mol is de Arne Quinze van de natuur’

Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

Als de constructies van Arne Quinze kunst kunnen worden, waarom kan hetzelfde dan niet voor de molshopen in onze tuin?

De mol werkt weer op de zenuwen van veel mensen. De jongste weken kwam er regelmatig een berichtje in de media over volk dat zijn beklag deed over lelijke molshopen in de tuin. En niets aan te doen! De mensen weten niet meer hoe ze mollen moeten vangen, vertelde een expert die dat duidelijk niet erg vond, want hij deed goede zaken als gevolg van ons verlies aan verdelgingscapaciteiten. Door de overvloedige regenval van de voorbije weken zijn veel mollen genoodzaakt hun tunnels te verlaten en drogere gebieden op te zoeken. Vooral in weilanden is het zo drassig geworden dat het leven er voor mollen moeilijk wordt. In tuinen is het doorgaans droger, dus dringt een verhuis zich op.

In tegenstelling tot wat veel mensen denken, houden mollen geen winterslaap. Ze kruipen in de winter wel wat dieper onder de grond, niet in de eerste plaats om de koude te ontvluchten – ze hebben een warme pels – wel om de regenwormen te volgen die hun voornaamste voedsel zijn, en die naar beneden moeten omdat ze wél gevoelig zijn aan koude. Mollen werken in de winter meestal ook minder aan hun tunnels, zodat ze minder hopen omhoog duwen, die niets meer zijn dan het overtollige zand van hun graafwerk dat ze kwijt moeten.

Noeste werkers

Mollen kunnen zwemmen, maar als hun smalle tunnels onder water lopen verdrinken ze, dus moeten ze weg als het te nat wordt. Ze kunnen zich als het nodig is bovengronds verplaatsen, maar het zijn uitermate efficiënte gravers, die 15 meter per uur kunnen uitgraven, aan een ritme van vier uur werken en vier uur slapen, dag en nacht, want omdat mollen onder de grond leven zijn ze niet gevoelig voor het dag- en nachtritme zoals de meesten van ons. Het zijn fascinerende diertjes die we zouden moeten koesteren, want ze hebben een fantastische levensstijl ontwikkeld in een biotoop dat niet het onze is. Ze lopen dus niet in onze weg.

Maar nee hoor, mollen wekken wrevel op als ze hun hopen grond op onze gazon duwen. Iets wat ik nooit begrepen heb. Ik zie liever een wat wild grasveld in de tuin, met indien nodig hier en daar een molshoop, dan zo’n gemillimeterde groene laag gazonbeton waarin amper leefruimte is voor diertjes en plantjes. Een tuin kan zo mooi zijn als hij wat ruimte geeft voor wildheid – zo is ook de meest gecultiveerde dame zoveel aantrekkelijker als ze een wild kantje heeft.

Commerçant-kunstenaar Arne Quinze

Waarom worden die brute rode blokken van commerçant-kunstenaar Arne Quinze op de dijk van Oostende als kunst bestempeld, terwijl een mooi hoopje grond dat af en toe zelfs beweegt een doorn in het oog is? Je kunt er bloemetjes in planten, of papieren bloemetjes zoals op de zandhopen die mensen zelf op een strand maken. Je kunt ze versieren en er je eigen kunstwerkje van maken. En als je ze niet terug in de grond stampt, is de kans klein dat de mol een nieuwe hoop moet maken omdat je de doorgang door een van zijn tunnels belemmerd hebt.

Maar op het internet bulkt het van de handleidingen vol tips over hoe je mollen kunt verdrijven en verdelgen. Mollenklemmenverkopers belazeren de kluit met het ‘verzekeren van het resultaat’ dat je mol ‘in één dag weg’ is. Larie natuurlijk, je kunt een mol wel vrij snel vangen als je een klem goed plaatst, en misschien vang je wel een paar mollen, maar de soort is zo talrijk dat een vrijgekomen plaats gegarandeerd door een nieuw beestje wordt ingenomen. Het is een klassiek voorbeeld van dweilen met de kraan open. En een nieuwe bewoner heeft misschien zijn eigen idee over hoe een tunnelnetwerk georganiseerd moet zijn, dus is de kans groot dat hij met graafwerken begint en nieuwe hopen maakt.

Lang leve Colruyt!

Waar blijven in dit verhaal trouwens de activisten die strijden tegen dierenleed? Waar zijn de petities in winkelwandelstraten tegen het gebruik van marteltuigen als mollenklemmen die dieren een vreselijke dood bezorgen? En waarom maakt Vlaams minister van onder meer Natuur Joke Schauvliege (CD&V) zich voor de verandering eens niet een keertje nuttig voor de natuur door een beslissing tot bescherming van een leuk beestje te nemen, in plaats van voor de zoveelste keer een dier achter de vodden of de veren te laten zitten omdat wat mensen zaniken over overlast?

Ik was blij met een persbericht van een tijdje geleden van de vereniging Vogelbescherming Vlaanderen, die niet alleen vogels beschermt, met de boodschap dat de supermarktketen Colruyt beslist had dat er in zijn winkels geen mollenklemmen meer te koop zouden worden aangeboden. Lang leve Colruyt! De onderneming wordt een schoolvoorbeeld van het sturen van haar klanten in de richting van een duurzamer leven, door het aanbod van haar producten zo bij te stellen dat mensen steeds minder kans krijgen om niet-duurzame producten te kopen.

De actie rond de mol is symbolisch, want het dier is geen commercieel exploiteerbare soort en evenmin met uitsterven bedreigd. Het is echter niet meer van deze tijd dat een dier moet worden verdelgd, omdat het iets doet wat een aantal mensen niet zint. Daarom pleit ik ervoor om de molshoop als iets moois te zien, een kunstwerk van de natuur, een natuurlijke vorm van architectuur. Het is niet omdat iets niet door mensen is gemaakt, dat het niet als kunst kan worden beschouwd. De natuur maakt zoveel mooie dingen!

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content