Ignace Demaerel

Voor Youssef en Myriam geen plaats in het asielcentrum: het kerstverhaal herverteld

Ignace Demaerel Godsdienstleraar en auteur

‘Het kerstverhaal lijkt zich niet in onze moderne cybermaatschappij te kunnen afspelen’, meent auteur Ignace Demaerel. ‘Maar met enkele aanpassingen kan vandaag hetzelfde gebeuren. Het koppel zou Youssef en Myriam heten en uit Syrië komen.’ Een alternatief kerstverhaal.

Het kerstverhaal is eeuwenoud en lijkt zich op het eerste gezicht af te spelen in een totaal andere leefwereld dan onze moderne cybermaatschappij: voor velen heeft het dan ook een hoog sprookjesgehalte, en is het een soort tweede sinterklaasverhaal geworden. Maar mits minieme aanpassingen zou vandaag precies hetzelfde kunnen gebeuren. Het koppel in de hoofdrol zou dan Youssef en Myriam heten en misschien uit Syrië komen, maar je mag ook Libië, Koerdistan of Palestina invullen: zeer instabiele landen, veel sociale en politieke onrust, met onvoorspelbare regimes.

Dat was in het Israël van 20 eeuwen geleden niet anders. Het was een klein, weliswaar zeer zelfbewust landje, maar van geen betekenis in de internationale politiek van toen: geen grote legers, geen indrukwekkende bouwwerken, geen noemenswaardige schitterende cultuur. En toch hebben die onbetekenende Youssef en Myriam iets in gang gezet dat de imposante Romeinse en Griekse cultuur vandaag helemaal in de schaduw heeft gesteld.

Schande in de moederschoot

Het begon allemaal in een mistig dorpje in Galilea, Nazareth. Een kleine zelfstandige timmerman en een jonge vrouw hadden trouwplannen, maar vóór ‘de gelukkigste dag van hun leven’ er aankwam, liep er al duidelijk iets fout, want was Myriam niet zwanger geraakt vóór het huwelijk? Was ze dé schande van het dorp, uitgejouwd voor een hoer, of zag men het wel door de vingers? We zullen nooit weten hoe zwaar hieraan getild werd door de goegemeente, maar er lag al een schaduw over het prille huwelijksgeluk van ons jonge koppeltje. Hoe de mensen ook naar Myriam keken, en hoewel ze zelf beter wist, was het voor haar toch elke keer een zelfoverwinning om de buren recht in de ogen te kijken. En nee, abortus was geen overweging in die tijd – stel je voor hoe ánders de wereldgeschiedenis dan zou gelopen zijn. Ideaal was het in ieder geval niet voor de kleine baby die geboren moest worden: de schande achtervolgde hem al van in de moederschoot.

En dan liep er weer iets serieus mis: Youssef moest met zijn hoogzwangere vrouw, omwille van een keizerlijk decreet, op reis, drie dagreizen naar Bethlehem in het zuiden. De enige reden was: bureaucratie. ‘De regels voor de volkstelling bepalen dat jullie je hier niet kunnen laten registreren: jullie moeten naar het dorp van jullie familieclan’. Voilà, geen verdere logica achter zoeken, gewoon de regels gehoorzamen. Of dat menselijke drama’s kan veroorzaken, wat kan dat ambtenaren schelen? Betlehem was toen ook al ‘bezet gebied’, of beter: gans Israël was bezet gebied, met die alomtegenwoordige gehate Romeinse soldaten. Reizen was nergens veilig, en comfortabel was het nog minder.

Israëlische troepen gebruiken traangas tijdens een Palestijnse protestactie tegen de nederzettingen en voor vrijheid van verplaatsing tijdens de kerstperiode, in Bethlehem.
Israëlische troepen gebruiken traangas tijdens een Palestijnse protestactie tegen de nederzettingen en voor vrijheid van verplaatsing tijdens de kerstperiode, in Bethlehem.© Reuters

Onverantwoord onhygiënisch

In Bethlehem aangekomen wachtte hen de volgende zeer onaangename verrassing: het enige hotel was vol. Of er niemand plaats kon maken voor een hoogzwangere vrouw? Och, toen konden mensen ook al harteloos zijn voor elkaar: ‘ieder voor zich’ is geen moderne uitvinding. En het OCMW was al gesloten, want het was al na 16u. Dan maar op straat slapen? Daklozen zijn in onze wereld ook een bekend begrip, niet? Ook hier zijn de asielcentra regelmatig overvol, en is vaak zelfs de extra noodopvang volzet. Op een of andere manier vond Youssef een minder slechte oplossing: in een stal waren ze tenminste nog beschut tegen de wind en de koude en de blikken van de mensen. En toen, tot overmaat van ramp, begonnen de weeën. Oh nee, dat was het allerlaatste dat ze moesten hebben. Ze hadden gehoopt op tijd terug te raken in Nazareth, waar alles klaar lag voor de bevalling: het zachte bedje, de rozige dekentjes, de familiehulp, de geboortekaartjes en suikerboontjes. En nee, er was geen ambulance, geen helikopter, geen ziekenhuis op loopafstand, zelfs geen telefoon om thuis te verwittigen.

Het kerstverhaal is helemaal geen zoetig verhaal van een rozige baby in een romantische kribbe met zacht stro: bijna alles liep gewoon mis bij die bevalling. Die ‘gezellige kribbe’ was in de realiteit een voederbak voor de beesten, een trog. Youssef zal hem heus nog wel wat uitgekuist hebben en de kwijl van het vee en het ongedierte met zijn ruwe timmermanshanden weggewreven hebben, maar hygiënisch was het allesbehalve. Het was op het randje af onverantwoord: het mag al een wonder heten dat de tere zuigeling niet terstond een infectie opliep, vergeleken met de steriele ziekenhuizen van vandaag die aan de allerstrengste normen moeten voldoen. Maar daar lag Myriam dan: natuurlijk blij met haar baby, maar ver van huis en familie, en verstoken van enige kraamhulp. Misschien stond het wenen haar wel nader dan het lachen? Was het voor haar een nachtmerrie, had ze er een levenslang trauma aan over kunnen houden? Och, in die tijd waren er geen psychologen beschikbaar voor traumaverwerking. Iedereen moest het maar op zijn manier zien te verwerken. Maar ook dat is vandaag niet uitzonderlijk: hoeveel mama’s moeten in oorlogsgebieden, op de vlucht voor bruut geweld, niet langs de weg bevallen of in een tent? Mensen kunnen soms ongelooflijk sterk en veerkrachtig zijn in extreme situaties. Soms is de menselijke levenskracht zoals een plant die doorheen het beton groeit. Maar bij anderen kan die levenskracht wel eens definitief geknakt en gebroken worden.

In de marge van de maatschappij

Ze noemden de kleine spruit ‘Yeshua’, wat betekent ‘God redt’: toch wel een aparte naam voor een baby geboren in een stal ver van huis. Maar behalve het geblaat van de schapen en het geloei van de koeien was het erg stil in die stal: geen kraambezoek, geen felicitatie-SMS’jes, geen geboortecadeautjes, want niemand wist ervan. Het koppeltje kon zijn vreugde wel met elkaar delen, maar de familie wist niet eens van iets: de communicatie was afgesneden. Er was geen internet beschikbaar, en het GSM-verkeer lag ook al plat want de masten waren door de Romeinen neergehaald. En toch, plots zwaaide die deur van de stal open en kwam er vreemd volk binnen: een aantal ruwe, bonkige herders waren op zoek naar een kind in doeken gewikkeld. Ze hadden een visioen gezien van een engelenkoor dat zong over ‘vrede op aarde’ en ‘een redder die geboren was’. Ze gloeiden er nog helemaal van terwijl ze het vertelden.

Plots herinnerden Youssef en Myriam zich dat zij negen maanden eerder ook een engel gezien had en hij een droom gehad had. Hoe onverklaarbaar dat ook was, het stak hen wel een enorm hart onder de riem: blijkbaar was deze pijnlijke samenloop van omstandigheden toch niet één grote vergissing. Was het het lot of was het God die hun levenspad zo leidde? Want het kind moést blijkbaar geboren worden in Bethlehem, de stad van koning David. Maar dat het zo zou lopen, had niemand op voorhand kunnen raden. Rustig thuis bevallen had duizend maal simpeler geweest, maar tja, als God zich ermee bemoeit, dan lopen de zaken meestal anders dan we zelf zouden plannen. En dat mag Hij toch ook, of niet? Hij is per slot van rekening God, hé? Myriam bleef het toch maar vreemd vinden: waarom verschenen die engelen niet aan de religieuze of politieke elite in Jeruzalem een eind verderop, maar aan ongeletterde herders in de marge van de maatschappij? Nee, ze kon het niet helemaal op een rijtje krijgen.

Een Koerdische vluchteling uit Kobane met haar kind in een kamp in het Turkse Suruc.
Een Koerdische vluchteling uit Kobane met haar kind in een kamp in het Turkse Suruc. © Reuters

Heidenen, sterrenaanbidders

Enige tijd later kwam er nog ongewoner bezoek. Nu was het heel sjiek volk, respectabele, wijze mannen uit een ver land met exotische kleren aan, die zichzelf voorstelden als ‘magiërs’. Waar kwamen die plots uit het niets vandaan? Dit was een nog vreemder verhaal dan dat van de herders. Want zij geloofden blijkbaar in vreemde goden, en beweerden hun wil af te kunnen lezen uit de sterren. Niet dat Youssef en Myriam nog nooit van astrologie gehoord hadden – je wordt er in de populaire boekjes toch mee om je oren geslagen, of niet? -, maar het stond wel totaal haaks op hun eigen joodse geloof: voor joden hebben de sterren en planeten helemaal niets goddelijks en evenmin kunnen ze de toekomst bepalen. Integendeel, het zijn voor hen gewoon grote bollen steen of brandende gassen. Het was in hun ogen banaal bijgeloof dus, maar raar genoeg, die sterren brachten de magiërs toch exact bij de nieuwgeboren koning die ze zochten. Of: hoe je met een scheve stok een rechte slag kan slaan. Het is zelfs al bizar dat dit verhaal sowieso in de Bijbel staat: de reizigers uit het oosten waren nota bene heidenen, sterrenaanbidders. Maar ze waren wijzer dan de joodse priesters en schriftgeleerden, want in eigen land wist niemand van de geboorte van de Messias. Waren zij dan zo helderziend of waren de joodse religieuze leiders zo blind? Het is waar, er waren al 400 jaar geen profeten meer geweest in Israël: de geestelijke oren zaten potdicht.

Die exotische magiërs, welk onaards en zweverig verhaal over de sterren ze ook mochten vertellen, waren toch niet de eerste de beste. Je kon ze fanatiek vinden, hen als pseudo-wetenschappers of New-Agers afdoen, maar je moest ze wel bewonderen om de honderden kilometers die ze hadden gereisd en de dure cadeaus die ze hadden meegebracht voor de redder-koning waarvan ze heilig overtuigd waren dat ze hem zouden vinden. Zoiets belangeloos doen, wie doet dat tegenwoordig nog? Maar ze hebben ons wel met een blijvend mysterie achtergelaten, want vandaag kunnen de beste astronomen, ondanks vele verwoede pogingen, niet achterhalen wat die ster nu wel was; ofwel komt het omdat wij vandaag geen wijzen meer zijn.

De magiërs waren natuurlijk zo blij met hun wonderlijke ontdekking dat ze het onmiddellijk op hun blog wilden posten en twitteren, zodat heel de wereld het via enkele muisklikken kon weten. Maar weeral kwam daar een hemelse verschijning in een nachtelijke droom om dit niet te doen: een engel die waakte over de privacy op het internet waarschuwde hen voor de cyberspionnen van koning Herodes.

Alle kinderen vermoorden

Och ja, we zouden die bijna vergeten: die despoot was er ook nog, en wou per se zijn rolletje meespelen in de regie van dit drama. Want de wijzen waren eerst langs zijn paleis gepasseerd om even te informeren in welke kamer de nieuwe koning geboren was, want koningen zoek je toch in paleizen, of niet? Herodes was dus onmiddellijk gealarmeerd dat er een mogelijke rivaal in de buurt was. Hij had voor hetzelfde geld hun verhaal kunnen wegwimpelen als een verzinsel van wereldvreemde zwevers, hun hoofd ergens verloren in de sterren, goedgelovige dwepers, religieuze fanatiekelingen. Het is zelfs verwonderlijk dat hij sowieso geloof hechtte aan dit verhaal. Maar hij wou geen millimeter opening laten voor potentiële rivalen, zelfs als het nog een baby in een maxi-cosi was.

Hoewel hij een halve jood was (en een halve Idumeeër) en dus in God geloofde, kon hij maar aan één ding denken: ‘mijn troon, mijn troon, mijn troon!’ De Joodse historicus Flavius Josephus bevestigt dit gewetenloze karakter van Herodes: toen een van zijn zonen, Antipater, te vroeg en te gretig op zijn vaders troon aasde, heeft Herodes hem laten ombrengen. Eentje meer of minder, daar draaide hij zijn hand niet voor om: hij had ook niet geaarzeld om twee van zijn tien vrouwen en twee van zijn andere zonen te laten doden. En die andere keer liet hij even 45 van de hoogste joodse leiders executeren.

Een jongen schildert de kerstman op een muur in Karachi, Pakistan.
Een jongen schildert de kerstman op een muur in Karachi, Pakistan.© Reuters

Herodes had er nog niet eens bij stilgestaan dat, als die kleine werkelijk de Messias was, hij tegen God Zelf aan het vechten was. Wat een verziekte geest. Maar in Herodes’ hoofd was geen enkele hersencel die het zo kon bekijken: de enige categorieën die hij kende waren ‘macht’ en ‘uit de weg ruimen’. Uit paranoïde jaloezie gaf hij bevel het kind te vermoorden; maar toen dat misliep omdat de wijzen langs een andere weg vertrokken waren, besloot hij dan maar alle kindjes van Bethlehem te laten ombrengen: het steekt niet op enkele tientallen, hé? Herodes wou zijn naam onsterfelijk maken in de geschiedenisboeken, en dat heeft hij dan ook zeer efficiënt gedaan, maar dan in omgekeerde zin: zijn naam staat nu op de ranglijst van meest beruchte killers, massamoordenaars, gewetenloze dictators.

Vluchten

Terwijl zijn geheime politie, de gevreesde doodseskaders, ’s nachts naar Bethlehem op weg waren voor het noodlottige bevel, werd van Hogerhand een andere geheim agent gestuurd naar Youssef: een engel vertelde hem ’s nachts in een droom dat hij met zijn gezin moest vluchten naar Egypte. Stel je voor. Youssef die dacht dat het ergste eindelijk achter de rug was, en zich verheugde op het weerzien van de familie in Nazareth, moest plots heel zijn hebben en houden bij elkaar scharrelen en stante pede vertrekken.

Hij en Myriam hadden spulletjes bij zich voor enkele dagen reizen, en nu moesten ze weg voor onbepaalde tijd naar het buitenland. Ze hadden zelfs geen tijd meer om de kleine Yeshua op het stadhuis in te schrijven en zijn papieren in orde te maken, om hun spaarcentjes af te halen bij de geldautomaat, en hun buitenlands paspoort lag nog thuis in Nazareth. Deze vierde tegenvaller was de zwaarste van allemaal. En het was zo plots, midden in de nacht. Hoe konden ze dat nu in hun hoofd rijmen: eerst kwamen die herders hen doen geloven dat hun baby een ‘Redder’ van godswege was, dan zeiden de wijzen dat het in de sterren geschreven stond dat hij een bijzondere Koning zou zijn, en de volgende dag: vluchten voor je leven. Die baby had hun leven al behoorlijk op zijn kop gezet. Ze wisten niet meer of ze er blij om moesten zijn. Uitverkoren zijn kan een zwaar lot zijn.

Overleven in marginaliteit

Politieke vluchtelingen: het is van alle tijden. En het kan oh zo onrechtvaardig zijn. Want waarom waren Youssef en Myriam op de vlucht? Gewoon omdat ze op het verkeerde moment op de verkeerde plaats waren. Nee, ze hadden zelfs niet eens geprotesteerd of betoogd tegen de dictator. Als Youssef vandaag geleefd had, had hij misschien een bootje naar Lampedusa genomen, en het hopelijk overleefd. Europa was veel aantrekkelijker geweest, want ook in Egypte was zo’n onvoorspelbaar despotisch regime. Maar waarschijnlijk had Youssef zelfs nog niet genoeg geld om het boottochtje te betalen aan die corrupte mensenhandelaars met hun schandalige woekerprijzen. Dus moest hij wel te voet vluchten, zich onderweg verstoppend voor de politie en grenswachten, en ongemerkt door de prikkeldraad aan de grens zien te klimmen.

Aan de overkant van de grens was zijn gezin dan wel veilig, maar hoe zou het leven in hun nieuwe land zijn? Zouden ze in een tentenkamp belanden voor jaren? Zouden ze uitgewezen worden? Was de asielprocedure in Egypte net weeral verstrengd? Want ze hadden op de radio gehoord dat ook daar net nieuwe besparingsmaatregelen uitgevaardigd waren en ze moesten knippen in de uitgaven voor migrantenopvang. En de ambassade zou hen zeker niet helpen, want die was vol met de medestanders van Herodes. Egyptenaren stonden bekend als behoorlijk racistisch en xenofobisch, arrogant, zeker tegenover Israëlieten die zij als achterlijke nomaden beschouwden. Ze zouden zeker als ‘economische vluchtelingen’ bestempeld worden, profiteurs. Dus beter ‘low profile’ blijven, en hopen te overleven in de marginaliteit.

Kansarmoede

Maar Youssef en Myriam konden het gelukkig ook positief bekijken: de kleine Yeshua was op wonderlijke wijze aan de doodseskaders ontsnapt, het gezin was tenminste gered. Te midden van al dat politiek gekonkel bleef het kwetsbare drietal merkwaardig beschermd. Ze konden zich niet wentelen in zelfbeklag: ze wisten ergens wel dat er een hoger plan voor hun leven was. Dit jonge koppeltje zuchtte misschien eens stiekem: ‘Waarom kunnen we niet een gewoon leven hebben zoals alle anderen?’ Maar nee, ze waren voorbestemd voor een buitengewoon leven, ze zouden wereldgeschiedenis schrijven. Daar waren ze zich toen nog absoluut niet van bewust.

Een Koerdische vluchteling uit Kobane biedt een man een granaatappel aan in een kamp in Suruc, Turkije.
Een Koerdische vluchteling uit Kobane biedt een man een granaatappel aan in een kamp in Suruc, Turkije.© Reuters

Trouwens, er was niets bijzonders aan hen zélf, hoor: noch Youssef noch Myriam hadden speciale talenten, of vielen op door heroïsche prestaties. Alles draaide om die pasgeborene die zich zelf van niets bewust was. De kleine Messias was van in de wieg bedreigd en belaagd; hij was nauwelijks geboren of er was al een samenzwering op het hoogste niveau om zijn geboorte in bloed te smoren; hij deelde het leven van oorlogsvluchtelingen en asielzoekers, sans-papiers en illegalen, hij wist wat kansarmoede en sociale uitsluiting was. Als christenen vandaag geloven dat hij de Zoon van God was, wel, dan moet je zeggen dat die God zijn Zoon niet gepamperd heeft. Niemand van ons kan kiezen op welke plaats en in welk gezin hij geboren wordt, Jezus wel. En hij koos geen paleis met satijnen en zijden doekjes, geen hoogopgeleide, hooggeplaatste, hoogbegaafde ouders. Dit was helemaal geen vergissing: de soberheid rond zijn geboorte en leven zou zijn ware grootheid later veel beter laten uitkomen. De afwezigheid van rijkdom, eer en pracht is de beste achtergrond voor dit soort Messias.

Geen Arabische Lente

Het christelijke geloofsmysterie van de menswording mag ons wel blijven verbazen. Een God die mens wil worden met de mensen en helemaal hun lot delen: wie zou dat ooit kunnen of durven bedenken? Dat gaat tegen elk ‘normaal religieus besef’ in. De Griekse godsdienst uit die tijd was precies omgekeerd: de goden woonden op de ‘heilige Olympus’-berg en het was gevaarlijke hoogmoed (‘hybris’) om zelfs te proberen daar in de buurt te komen; nee, de goden bleven liefst heel ver weg van de mensenwereld. Ze voelden zich ver verheven boven de stervelingen en wilden hun handen er zeker niet vuil maken. Maar de joods-christelijke God is van een heel ander kaliber. Veel mensen beschouwen het verhaal als verzonnen, maar wie kan zoiets zelfs verzinnen? In de toenmalige religieuze denkkaders zou het absoluut ongehoord, ongerijmd, ongepast zijn.

De lezer trekke zijn eigen conclusie.

Trouwens, het is toch nog goed afgelopen met ons vluchtelingengezinnetje: na enkele jaren stierf de oude, bange dictator, in Israël, maar er kwam geen Arabische Lente, en zijn zoon Archelaüs volgde hem op. Deze was al niet meer te vertrouwen dan zijn vader, en misschien zouden ze bij terugkeer van illegale oppositie beschuldigd worden. Youssef en Myriam weken dus maar via een omweg uit naar Nazareth, ver weg van de hoofdstad, weg van de hoge heren die daar waren. En toen konden ze eindelijk ook de kleine Yeshua, inmiddels een kleuter, laten bewonderen door de familie. De geboortekaartjes en suikerboontjes waren al overtijd, maar ze beleefden er toch nog een aantal ‘normale’, gelukkige jaren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content