Factchecker: ‘De Belg is steeds minder resistent tegen bacteriën’

© Fred

Deze factcheck is uitgevoerd op basis van de beschikbare informatie op de datum van publicatie. Lees hier meer over hoe we werken.

Ondernemer Kurt Van Tendeloo (Hygieia) beweerde dit in de Gazet van Antwerpen, maar klopt het ook?

De afgelopen weken hadden opvallend veel jongeren op bivak te kampen met maag- en darmproblemen. ‘In deze periode woekeren bacteriën meer dan anders’, zei Kurt Van Tendeloo daarover in Gazet van Antwerpen. Zijn bedrijf Hygieia geeft advies over voedselveiligheid en allergenenbeheer, en gaf dat ook al aan jeugdverenigingen specifiek voor op kamp, lazen we in de krant.

‘De dioxinecrisis heeft van België een land met extreme aandacht voor voedselveiligheid gemaakt’, zei Van Tendeloo. ‘Positief, maar hierdoor is de Belg minder resistent geworden omdat we zo weinig met bacteriën in aanraking komen. Vroeger werden kinderen ook ziek op kamp, maar niet met twintig tegelijk.’

Het aantal bacteriële doden stijgt niet.

Adrian Liston, immunoloog KU Leuven

Dat ons overmatige antibioticagebruik bacteriën doet muteren, waardoor die geneesmiddelen almaar minder goed werken, is een gekend probleem. Maar wat Van Tendeloo zegt, gaat niet over antibioticaresistentie. Het gaat over ons immuunsysteem. Is de ‘Belg steeds minder resistent tegen bacteriën’, zoals Gazet van Antwerpen kopte? Waarop steunt die uitspraak?

‘Niet op wetenschap’, zegt Van Tendeloo, die kok is van opleiding, aan de telefoon. ‘Ik sta wel al meer dan twintig jaar in het vak, in grootkeukens. En ik zit met actuele kennis van zaken in commissies die de voedselveiligheid daar bewaken. Voedselveiligheid is van levensbelang, vooral bij kwetsbare groepen zoals kinderen of senioren. Maar de appel die thuis op de grond valt, werd vroeger afgewassen en toch opgegeten. Vandaag niet meer. En dat breekt ons zuur op.’

Leert dat ook de wetenschap? We komen inderdaad minder in aanraking met bacteriën en allergenen, allerhande stoffen en microben die ons afweersysteem prikkelen, zegt viroloog Marc Van Ranst (KU Leuven). ‘Het aantal keizersneden is gestegen, moeders geven meer flessenvoeding dan vroeger, en we groeien meer op in stadsomgevingen dan op de boerderij’, zegt hij. ‘Het aantal allergieën is de afgelopen twintig jaar verdubbeld. Dat verklaren een aantal wetenschappers – er is discussie – met de zogeheten hygiënehypothese. Die zegt dat contact met allergenen in onze jeugd cruciaal is om later allergieën te voorkomen.’ Een maag-darminfectie is géén gevolg van een allergie, beklemtoont Van Ranst. ‘Vandaag halen die opgebroken jeugdkampen de media, maar verder wijst niets erop dat er meer incidenten zouden zijn dan vroeger. Uit de eerste vaststellingen bleek dat de jongeren hoogstwaarschijnlijk een norovirus hadden. Een derde van alle mensen is daartegen genetisch resistent, twee derde wordt er ziek van. Dat is de grootte van zo’n epidemie als je die haar gang laat gaan. Honderd jaar geleden was dat zo. En het is vandaag niet anders.’

We zijn meer gevaccineerd tegen aandoeningen waaraan kinderen vroeger stierven – denk aan polio, mazelen, rode hond – en ook in die zin net weerbaarder, voert Van Ranst nog aan.

Zelfs als we die kinderziektes buiten beschouwing laten, pleit er meer tegen dan voor Van Tendeloos claim. ‘Het aantal bacteriële doden stijgt niet’, zegt immunoloog Adrian Liston (KU Leuven). ‘Wel is er een verschuiving bezig. Het klopt dat ons afweersysteem het moeilijk heeft met uitdagingen die het niet vaak tegenkomt. Aangezien we almaar meer in steden wonen en minder op het platteland, worden we gemiddeld minder goed in het neerslaan van rurale infecties – door bacteriën zoals legionella, bijvoorbeeld – en beter in het afweren van infecties die mensen op elkaar overdragen. Maar de slotsom? We zijn sterker dan ooit tevoren.’

CONCLUSIE

Omdat we volgens wetenschappers geen systematisch probleem hebben met neerslaan van bacteriën, beoordeelt Knack de stelling als grotendeels onwaar.

Partner Content