Patrick Van de Mosselaer

‘Dit is hoe de lange wachtrij bij een specialist kan worden opgelost’

Patrick Van de Mosselaer CEO Doctena België en Nederland

Hoewel er meer artsen afstuderen dan ooit tevoren, wil dat niet noodzakelijk zeggen dat die nieuwe generatie artsen even beschikbaar en bereikbaar zal zijn als de vorige. Dat zegt Patrick Van de Mosselaer, CEO Doctena België en Nederland.

De patiëntenstop is een hot topic – op meer en meer plekken hebben patiënten de grootste moeite om een huisarts of specialist te raadplegen. Wachttijden van enkele weken of maanden zijn niet ongewoon.

Dat probleem zal niet van vandaag op morgen opgelost zijn – het is het gevolg van een perfecte demografische storm binnen het beroep, namelijk de vergrijzing, verjonging en vervrouwelijking van het beroep van arts.

De vergrijzing maakt dat er minder en minder actieve huisartsen werkzaam zijn in België, en het ergste moet dus wellicht nog komen: de gemiddelde leeftijd van een arts is vandaag 52.5 jaar. De volgende tien jaar zullen we dus een enorme uitstroom zien.

Er zijn niet enkel minder actieve artsen, de werkdag van de huidige dokters ziet er ook anders uit. Jongere artsen vinden het niet meer vanzelfsprekend om op post te zijn van 7 uur ’s ochtends tot 10 uur ’s avonds – laat staan dat ze tussendoor nog huisbezoeken gaan afleggen zoals ‘meneer doktoor’ dat vroeger deed. Het feit dat er meer vrouwelijke artsen komen, heeft ook een impact: slechts 42% van hen werkt voltijds.

Dus hoewel er meer artsen afstuderen dan ooit tevoren, wil dat niet noodzakelijk zeggen dat die nieuwe generatie artsen even beschikbaar en bereikbaar zal zijn als de vorige. Deels gaan we er ons als patiënt gewoon bij moeten neerleggen dat het beroep van arts veranderd is, en dat de wereld verandert. Er zijn, pakweg, ook minder warme bakkers dan vroeger.

Waar we wel iets aan kunnen en moeten doen, is het gevaar dat we de nieuwe generatie artsen zo overbevragen dat ze uit het beroep stapt. Te veel werk, te veel druk, onregelmatige uren en administratieve druk zorgen ervoor dat bijna 1 op vijf artsen op de rand van een burn-out zit.

Investeer in digitalisering van artsenpraktijk om de patiëntenstop tegen te gaan

Artsen zelf wijzen naar administratieve taken (zoals het bijhouden van het elektronische patiëntendossier) als één van de voornaamste redenen voor burn-out bij artsen. Administratie wordt vaak gezien als een doorn in het oog van specialisten en huisartsen. Praktijken verliezen er enorm veel tijd mee waardoor men moet inboeten op het aantal consultaties. Het elektronische patiëntendossier wordt vaak als voorbeeld aangehaald.

Arts en patiënt lijken vast te zitten in een vicieuze cirkel en langs beide kanten wordt er met de vinger gewezen.

In wezen lijkt het probleem van veel artsen op dat van veel eenmanszaken en zelfstandigen: ze voelen zich weliswaar overweldigd door de zware administratieve last, maar ze investeren weinig in de digitalisering van hun zaak.

Het verschil is dit: bij een eenmansbedrijfje is een lage productiviteit geen maatschappelijk probleem: als de productiviteit van een zelfstandige te laag is, heeft vooral hij of zij daar last van. Bij artsen zijn we op het punt beland dat productiviteit (hoeveel patiënten kan elke arts zien), stilaan wél een maatschappelijk probleem wordt.

En uit onze eigen ervaring zien we dat artsen niet te véél maar te wéinig bezig zijn met wat vandaag digital transformation heet. Grotere ondernemingen zijn daar al jaren mee bezig – en plukken daar de vruchten van.

Het is vandaag van maatschappelijk belang dat we artsen ervan overtuigen dat zij het functioneren van hun praktijk moeten optimaliseren – niet voor zichzelf, maar voor hun patiënten.

Wanneer we de dagplanning van de gemiddelde arts onder de loep nemen, wordt het al snel duidelijk dat er ruimte voor verbetering is. Veel praktijken zweren nog bij de telefoon om afspraken te laten maken. Dit is vreselijk inefficiënt. Een afspraak maken via de telefoon neemt gemiddeld 8 minuten in beslag voor de patiënt en maar liefst 3 minuten voor de artsenpraktijk. Een arts ziet gemiddeld zo’n 40 patiënten per dag – als de helft van de afspraken digitaal zouden geboekt worden, levert dat maar liefst 60 minuten tijdswinst op per dag – op weekbasis 5 uur. Artsen zouden dus veel meer patiënten kunnen ontvangen dan ze vandaag de dag doen als ze zouden overschakelen op digitale administratietools.

Artsen blijven bij verouderde en inefficiënte workflows om twee redenen: omdat ze een vorm van controle willen houden over de afspraken. En omdat het hen aan tijd ontbreekt om er werk van te maken.

De overheid doet via Impulseo wel een (financiële) tegemoetkoming aan artsen om zich digitaal te versterken, maar gezien de huidige situatie lijkt het me dat er meer te doen is. Elke dag zetten 35.000 Belgische artsen zich in voor het welzijn van onze samenleving. Zij worden gedreven door idealisme. De overheid zou aan artsen moeten duidelijk maken dat digitalisering van de praktijk een manier is om hun missie beter te vervullen. We moeten hen duidelijk maken dat digitalisering het beste medicijn is tegen lange wachttijden en de patiëntenstop.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content