David Van Reybrouck wint de Ako-Literatuurprijs

David Van Reybrouck heeft met zijn boek Congo de Ako-Literatuurprijs gewonnen. Eind oktober van dit jaar sleepte hij met zijn persoonlijke geschiedenis van Congo ook al de eerste Libris Geschiedenis Prijs in de wacht.

David Van Reybrouck heeft met zijn boek Congo de Ako-Literatuurprijs gewonnen. Eind oktober van dit jaar sleepte hij met zijn persoonlijke geschiedenis van Congo ook al de eerste Libris Geschiedenis Prijs in de wacht.

Femke Halsema, de voorzitter van de jury, maakte de winnaar live bekend in het Nederlandse actualiteitenprogramma Nieuwsuur. Op de AKO-toplijst stonden behalve David Van Reybrouck ook Kees van Beijnum, Oscar van den Boogaard, Tom Lanoye, Willem Jan Otten en Koen Peeters.

De jury prijst Congo omdat het een knap gecomponeerd verhaal is over uitbuiting, slavernij, kolonialisme, terreur, veerkracht en overleven. Het is het verhaal dat Van Reybrouck moest vertellen en dat doet hij zonder ook maar een moment de greep op zijn materiaal te verliezen: persoonlijk, meeslepend, humaan, toegankelijk en bijna achteloos.

Van Reybrouck ontvangt behalve een sculptuur van Eugène Peters een bedrag van € 50.000. Volgend jaar viert AKO een jubileum: de literatuurprijs wordt dan voor de 25e keer uitgereikt.

Magnum opus

David Van Reybrouck schreef met Congo zijn magnum opus en zonder twijfel hét Vlaamse prozaboek van 2010.

‘Niets zo hedendaags als de herinnering.’ Op die manier spreekt David Van Reybrouck zichzelf en de lezer toe in de inleiding tot Congo. Hij bedoelt daarmee dat elke schrijver en zeker een non-fictieauteur als hijzelf zich moet hoeden voor de valkuilen van het eigen geheugen bij de reconstructie van wat zich ooit heeft afgespeeld. Daarom, zo Van Reybrouck, wilde hij inzoomen op de inertie van banale voorwerpen en de getuigenissen van gewone Congolezen: ‘Immers de trivia van een mensenleven behouden langer hun kleur.’

En dat is het wat Van Reybrouck met Congo con brio heeft gedaan: het intense coloriet van de Congolese terroir bezweren door tientallen mensen aan het woord te laten over hun Congo. Dat dat Congo ook Van Reybroucks Congo is, spreekt vanzelf. Hij komt er zijn vader Dirk Van Reybrouck tegen, die er ooit als technisch ingenieur bij de spoorwegen werkte, en hij sprokkelt en monteert als auteur uiteraard zelf de sterke verhalen van zijn ooggetuigen.

Sommigen van die kroongetuigen zijn misschien mythomanen, zoals de 128-jarige Etienne Nkasi, die ooit nog zelf de hand van de bedienden van ontdekkingsreiziger Henry Morton Stanley zou hebben geschud. Van een andere, Longin Ngwadi, is ondertussen overtuigend aangetoond dat hij niet de man is die koning Boudewijns sabel vijftig jaar geleden stal. Met de nodige controverse tot gevolg. Het laatste woord is daarover zeker nog niet gesproken.

Dat hoeft echter geen afbreuk te doen aan dit verhaal, dat even majestueus is als de erin beschreven Congostroom. Van Reybrouck kan niet anders dan groots en meeslepend vertellen, tot in het mythomane toe, om het hypersensuele maar ook hypersuïcidale Congo van gisteren en vandaag in al zijn geuren en kleuren tot zijn recht te laten komen.

Maar dat Van Reybrouck zich met deze mix van grote en kleine geschiedenis op de kaart van de Vlaamse literaire non-fictie heeft gezet, is overduidelijk. Na het succes van het genre in Nederland met Geert Mak en Frank Westerman, beschikt de Vlaamse literaire non-fictie na Lieve Joris en Chris De Stoop eindelijk over een nieuwe vertegenwoordiger.

Van Reybrouck te gast op Knack-stand BoekenbeursOp woensdag 10 november is David Van Reybrouck te gast op Knack-stand 426 op de Antwerpse boekenbeurs. Knack-journalist Piet Piryns interviewt hem om 15 uur in het kader van het dagelijkse Uur van de Literatuur.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content