Heeft Trump iets veranderd aan Jeruzalem? ‘We zien elke dag het verschil’

Palestijnen verbranden een foto van de Amerikaanse president Donald Trump. © Reuters
Annelies Keuleers Freelancejournalist

Trump zond schokgolven door de wereld door in december vorig jaar Jeruzalem te erkennen als hoofdstad van Israël en de Amerikaanse ambassade er te vestigen. Wat is er intussen veranderd in de stad? Knack trok naar Jeruzalem.

‘Jeruzalem ligt niet meer op de onderhandelingstafel’, verklaarde Donald Trump in december. ‘Het is tijd om de stad te erkennen als hoofdstad van Israël.’

De Amerikaanse ambassade werd vier maanden later, op de 70ste jubileum van de stichting van Israël, geopend in Arnona, een chique buurt in West-Jeruzalem.

Duizenden mensen kwamen op straat om te protesteren. Trump werd verweten ‘olie op het vuur’ te gooien. De Palestijnse protesten op de Westelijke Jordaanoever en in Jeruzalem flakkerden op en stierven maanden later weer langzaam uit.

Maar is de stad veel veranderd sinds Trumps beslissing? Een half jaar na de verplaatsing van de ambassade trok Knack naar Jeruzalem om te peilen naar de ervaringen van Israëli’s en Palestijnen.

Gestegen zelfvertrouwen

‘We merken geen verandering in de alledaagse praktijk’, zegt Israëli Gilbert Bonnan. Hij is voormalig professor economie aan de Hebreeuwse Universiteit van Jeruzalem, en spreekt met Knack op een bankje in een bruisende winkelstraat in West-Jeruzalem.

Je hoeft maar rondom je te kijken. Israëlische wijken hebben veel betere infrastructuur, de straten zijn properder, en zij hebben goede gemeentelijke diensten.

Palestijn Hassan Abu Ziad

‘Misschien is de sfeer positiever geworden. Meneer Trump heeft meer zelfvertrouwen gegeven. Of dat terecht is, weet ik niet.’

Aviad Raveh, een Israëli, staat op de tram te wachten in de Oude Stad (het ommuurde centrum van de stad Jeruzalem, nvdr.). Hij denkt ook niet dat er iets veranderd is. ‘Ik denk wel dat Trump een teken heeft gegeven dat Jeruzalem de hoofdstad van het Joodse volk is.’

Palestijnse inwoners van de heilige stad zien het anders. Sommigen zeggen dat er niets veranderd is in de negatieve zin. ‘Wij leven onder bezetting, voor en na Trump. Altijd dezelfde onzin.’ Dat zegt een kruidenier in de Palestijnse wijk Eisawiya. Hij blijft liever anoniem.

Emad Mouna zit achter zijn bureau in zijn boekenwinkel dicht bij de Oude Stad. ‘De vereniging van Oost- en West-Jeruzalem is slechts een beslissing op papier’, zegt hij. Het Israëlisch beleid in Oost-Jeruzalem is niet gestopt of veranderd na Trumps beslissing.’

Toch geven veel Palestijnen toe dat ze de druk voelen toenemen. Israël is volgens hen stoutmoediger geworden.

‘We merken elke dag het verschil’, zegt Mohammed Alyan die met vrienden samenzit in een zijstraatje van de Oude Stad. ‘De kolonisten vallen de Al-Aqsamoskee steeds vaker binnen. Trump heeft hen die moed gegeven.’

Alyan verwijst naar Israëlische kolonisten die, onder begeleiding van veiligheidstroepen de Tempelberg bezoeken. De Al-Aqsamoskee wordt beschouwd als de tweede meest heilige plek in de islam. Maar joden geloven dat het de locatie is van de joodse tweede tempel, die verwoest werd door de Romeinen als wraak voor een Joodse opstand in het jaar 70 na Christus.

Palestijnen beschouwen de bezoeken van kolonisten op het terrein als een aanval en een voorbode van een toekomstige verwoesting van hun moskee. Het leidt er bijna altijd tot confrontaties tussen veiligheidstroepen en Palestijnen, waarbij zeer regelmatig Palestijnen gearresteerd worden.’

Al-Aqsamoskee in Jeruzalem
Al-Aqsamoskee in Jeruzalem© iStock

‘Israëli’s mogen ons slaan. Maar als we terugslaan, worden wij gearresteerd’, foetert Alyan.

Staking

Op 1 oktober 2018 waren alle Palestijnse winkels in Jeruzalem en op de Westelijke Jordaanoever gesloten als gevolg van een nationale staking. Het resultaat van een potje dat langzaam overkookte? Er bleek alvast meer dan één reden om te staken.

Palestijnen in Jeruzalem klagen vooral de Israëlische invallen bij de Al-Aqsamoskee aan. Die waren tijdens de joodse feestdagen Jom Kippoer en Soekot toegenomen.

Er is ook het bedoeïenendorpje Khan al-Ahmar op de Westelijke Jordaanoever dat elk moment kan worden gesloopt. Volgens Israël werd het illegaal gebouwd, maar waarschijnlijk heeft de sloop meer te maken met de strategische locatie van het dorp: tussen Jeruzalem en Jericho. Israël wil dat gebied gebruiken voor de uitbreiding van zijn nederzettingen. Door de Westelijke Jordaanoever in twee te splitsen, zou het land de stichting van een levensvatbare Palestijnse staat onmogelijk maken.

Bovendien is er de controversiële wet over de Joodse natiestaat. Dat wetsvoorstel werd in juli 2018 goedgekeurd door het Israëlisch parlement, en bevestigt dat Israël een natie van het Joodse volk is. Joden krijgen volgens die wet bepaalde privileges over niet-Joden, en de uitbreiding van nederzettingen wordt erin aangeduid als een zaak van ‘nationaal belang.’

Het bedoeïenendorpje Khan Al-Ahmar
Het bedoeïenendorpje Khan Al-Ahmar© Reuters

Op de stakingsdag stelde de Israëlische politie zich agressief op tegenover Palestijnen. Beelden werden verspreid van Israëlische grenspolitie of Magav die betogers in elkaar slaan in de Oude Stad.

In bijna alle Palestijnse wijken kwam het tot confrontaties tussen Palestijnen en Israëlische veiligheidstroepen. ‘Ze doen hier verschrikkelijke dingen’, zegt Munther Shaheen, die in een elektronicazaak werkt in de Palestijnse wijk Eisawiya. ‘Er waren hier gisteren wel 300 soldaten aanwezig.’

70 jaar conflict

Er is niets nieuw aan protesten en geweld in Jeruzalem. Zo begon begon de tweede intifada in het jaar 2000 na een bezoek van Ariel Sharon aan de Tempelberg. In juli 2017 protesteerden duizenden Palestijnen tegen metaaldetectoren die Israël had geïnstalleerd bij de ingangen van de Al-Aqsamoskee.

Palestijnse protesten gaan al 70 jaar terug. In het verdelingsplan van 1948 werd beslist dat Jeruzalem aan geen enkele staat zou toebehoren. Noch aan Israël, noch aan Palestina. De plek zou onder internationaal toezicht blijven staan als ‘corpus separatum.’

Maar in de eerste Arabisch-Israëlische oorlog slaagde Israël erin West-Jeruzalem te bezetten. Oost-Jeruzalem kwam onder Jordaanse bezetting. Dat betekende in de praktijk dat Palestijnen verjaagd werden uit West-Jeruzalem en Joden uit Oost-Jeruzalem.

In de Zesdaagse Oorlog van 1967 slaagde Israël erin om ook Oost-Jeruzalem te bezetten. In 1980 keurde het Israëlisch parlement een wet goed die bepaalde dat Jeruzalem ‘de eeuwige en onverdeelde hoofdstad van Israël’ zou worden. Op die manier werd Oost-Jeruzalem geannexeerd.

De internationale gemeenschap heeft de annexatie van Oost-Jeruzalem nooit erkend, tot Trump met die consensus brak.

Op dit moment wonen er zo’n 208.000 Israëlische kolonisten in Oost-Jeruzalem. Die mensen worden door de meeste Israëli’s echter niet meer als kolonisten beschouwd. Zo sprak Knack met een Israëlische boekenverkoper die zichzelf aan de linkerkant van het politieke spectrum plaatst, maar er ook steevast van overtuigd is dat Oost-Jeruzalem geen bezet gebied is. Hij blijft liever anoniem.

Een Palestijn wandelt voorbij gesloten winkels tijdens de nationale staking.
Een Palestijn wandelt voorbij gesloten winkels tijdens de nationale staking.© Reuters

Toch zijn de verschillen tussen de nederzettingen en Palestijnse wijken erg zichtbaar.

‘Je hoeft maar rondom je te kijken’, zegt Hassan Abu Ziad, die een kruidenierszaak heeft in de Palestijnse wijk Shuafat. ‘Israëlische wijken hebben veel betere infrastructuur, de straten zijn properder, en zij hebben goede gemeentelijke diensten.’

‘Het is alsof zij A-burgers zijn en wij C of D’, grapt hij.

Israëlische mensenrechtenorganisatie B’tselem maakt gewag van grote discriminatie op vlak van toewijzing van de stedelijke begrotingsfondsen. De organisatie schrijft dat de Joodse wijken in Jeruzalem voortdurend uitgebreid worden en aanzienlijke financiering genieten, terwijl Israël ‘er alles aan doet om de ontwikkeling van Palestijnse wijken te belemmeren.’ Dat terwijl de Palestijnse inwoners van Jeruzalem dezelfde belastingen betalen als hun Israëlische stadsgenoten.

Volgens Israëli Bonnan is B’tselem een extreemlinkse organisatie. ‘Er is een respectabel links en een minder respectabel links. Maar het spreekt wel in het voordeel van Israël als democratie dat het al die meningen toelaat’, voegt hij toe.

Op de vraag of er discriminatie is op vlak van stedelijke diensten zegt Bonnan dat dat ‘niet onmogelijk’ is. ‘Maar dat moet je aan de gemeente vragen, er kunnen zo veel redenen voor zijn.’

Rachel Greenspan, woordvoerder van de burgemeester van Jeruzalem, Nir Barakat, stuurde Knack verschillende aankondigingen door waarin de burgemeester belooft extra investeringen te doen om ‘het verschil te overbruggen’ tussen de Joodse en Palestijnse wijken. Zo zou hij van plan zijn 1,5 miljard shekel (ongeveer 365 miljoen euro) te investeren in Oost-Jeruzalem.

Confrontatie tussen Palestijnen en Israëlische veiligheidstroepen tijdens protesten over de sloping van het bedoeïenendorpje Khan Al-Ahmar.
Confrontatie tussen Palestijnen en Israëlische veiligheidstroepen tijdens protesten over de sloping van het bedoeïenendorpje Khan Al-Ahmar.© Reuters

Verblijfsvergunning

Een ander verschil tussen de Palestijnse en Israëlische inwoners van Jeruzalem heeft te maken met hun statuut. Hoewel ze in de hoofdstad van Israël wonen, hebben Palestijnen in Jeruzalem geen burgerschap, maar een ‘verblijfsvergunning’. Het is een document dat hen toestemming geeft om in Jeruzalem te blijven wonen, te gaan stemmen in gemeentelijke verkiezingen en zich vrij te bewegen in Israël.

‘Onze situatie is erg ingewikkeld’, zegt Palestijn Majid Khadr terwijl zijn haar geknipt wordt in een kapperszaak in de Oude Stad van Jeruzalem. ‘Eigenlijk hebben wij geen nationaliteit.’

De verblijfsvergunningen kunnen net zoals bij toeristenvisums ingetrokken worden. Zo verloren tussen 1967 en 2014 14.481 Palestijnen hun verblijfsvergunning.

Khadr zegt dat hij bang is om in het buitenland te gaan studeren, omdat hij zo zijn verblijfsvergunning kan verliezen.

Toekomst

Volgens Israël en de Verenigde Staten is Jeruzalem nu de hoofdstad van Israël. De druk op de Palestijnen wordt opgevoerd. Toch bevestigt elke Palestijn waar Knack mee spreekt dat hij/zij niet van plan is om ooit weg te gaan uit Jeruzalem.

Misschien is de sfeer positiever geworden. Meneer Trump heeft meer zelfvertrouwen gegeven. Of dat terecht is, weet ik niet.

Israëli Aviad Raveh

De Palestijn Mouna zegt dat zijn band met de stad erg groot is. ‘Mijn voorouders zijn hier begraven. Mijn hele familie woont hier. Jeruzalem is niet zomaar een plek, het ligt echt dicht bij mijn hart.’

Hij zegt dat Palestijnen ondertussen beter weten dan weg te gaan. ‘We zijn gevlucht in 1948 en in 1967. Dat is voorbij. Wij blijven waar we zijn.’

Tegelijkertijd zegt elke Israëli waar Knack mee spreekt dat dat hij/zij gelooft dat Israël nooit de controle zal opgeven over Jeruzalem. Zij beschouwen Oost-Jeruzalem niet als bezet gebied. Voor hen is ‘Verenigd Jeruzalem’ een positieve zaak.

‘Wij willen de bezetting niet, en zij willen ons niet’, zegt Mouna. ‘Er is al 51 jaar bezetting en nog geen integratie.’ Hij ziet geen enkele reden waarom Palestijnen geïntegreerd zouden worden in de toekomst. De Israëli’s waar Knack mee spreekt, bekennen dat ze ook niet weten of Palestijnen ooit Israëlisch burgerschap zullen krijgen.

Ondertussen gaan de protesten onverminderd voort. Eén ding is duidelijk: van een ‘Verenigd Jeruzalem’ is voorlopig geen sprake. Het blijft een gebroken stad in het hart van een gebroken land.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content